woensdag 23 september 2009

Een achttiende-eeuwse mediahype?

Dat we ons Kaat Mossel nu nog herinneren is eigenlijk een beetje merkwaardig. Ze heeft immers geen daden verricht die de loop van de geschiedenis hebben veranderd. Ze heeft wel een hoofdrol gespeeld in allerlei pamfletten en prenten. Is haar roem misschien het resultaat van een 18de eeuwse mediahype?

Het klimaat was er naar. Er heerste veel onvrede over het functioneren van de politiek. Daar kwam bij dat het economisch niet goed ging. En tot overmaat van ramp presteerde de Republiek ook nog eens slecht in de zoveelste oorlog tegen de Engelsen. Veroorzaker van al die ellende was stadhouder Willem V vonden burgers met patriotse sympathieën. Orangisten dachten daar heel anders over. Zij zagen de prins juist als de hoeder van de natie. In de opiniepers liep dit meningverschil hoog op. De orangistische opstootjes in Rotterdam waren natuurlijk alleen maar olie op het vuur.


Een pak rammel
Willem V had veel aanhang in de volksbuurten van de Maasstad. Als daar zijn verjaardag werd gevierd, was het moeilijk je aan de festiviteiten te onttrekken. Wie zijn huis niet wilde versieren of geen oranje wilde dragen, riskeerde een pak rammel. Ook bij het carnavaleske festijn dat volgde, moest iedereen meedoen. In de beleving van de patriotten ging het er vooral bij de viering van 1783 heftiger aan toe dan in voorgaande jaren. Ze besloten zich daarom te bewapenen en een vrijkorps op te richten – tot groot ongenoegen de oranjegezinde delen van de bevolking.

In 1784 verliep de verjaardag van de stadhouder weliswaar vrij rustig, maar in de weken daarna waren er om de haverklap incidentjes. Als de leden van het vrijkorps op patrouille gingen, deden groepjes orangisten er alles aan om ze te provoceren en belachelijk te maken. Op 3 april 1784 liep zo’n incident volkomen uit de hand. De officier van de compagnie voelde zich zo bedreigd dat hij bevel gaf te schieten. Daarbij raakten zeven mensen zwaargewond, waarvan er vier uiteindelijk overleden.


Het vuur van de oranjeliefde
In de speurtocht naar de aanstichters was Kaat Mossel een voor de hand liggende verdachte. Tijdens de verjaardag van de prins had ze oranje linten uitgedeeld. En bij de confrontaties met het vrijkorps hadden getuigen haar vaak in de voorste gelederen gezien. Bovendien waren er geruchten dat ze was betaald om het vuur van de oranjeliefde een beetje op te porren. Hoe kwam ze anders aan het geld voor alle versieringen? In de verhoren zei Kaat hier weinig over. Ze gaf wel toe dat ze drinkgeld had gekregen, maar dat was niks bijzonders: het was immers een goede gewoonte dat rijkere burgers geld gaven aan armen om drank te kopen tijdens feestelijkheden.
Daarmee verschafte Kaat Mossel haar tegenstanders een mooi argument om haar flink door het slijk te halen. Daar maakten ze dankbaar gebruik van.

Geen opmerkingen:

Een reactie posten